Olga Spessivtzeva - The sleeping ballerina (door Anton Dolin) 1966

De jaren van de dans. Olga Alexandrovna werd op 5 juli 1895 geboren in Rostov aan de Don. Haar vader was regeringsambtenaar en zong ook. Hij stierf, 32 jaar oud, en liet Justine achter met vijf kinderen (drie waren er al overleden) Anatole, Leonide, Alexander, Zinaida en Olga. Als Olga tien jaar is, gaat ze naar het Marijinsky waar Anatole, drie jaar ouder, en Zinaida al zijn. Anatole zit in het corps van 1910 tot 1923, Zinaida was 1911 tot 1919. Olga's eerste leraar was Ivan Tchekryguine, vervolgens komt Julia Rykhliakova. Na twee jaar is ze in de klas van Vera Zhukova en tot slot in de klas van de klassieke Klavdia Koulitchevskaya, de tegenhanger van de moderne Fokine, professor van de dans.

Olga's eerste succes was Conte d'une Nuit Blance in 1913. Doubrovska, Danilova en Oboukhov doen hierin ook mee. Ze verdient eerst 600 en later 900 roebels per jaar. Ze staat onder grote invloed van Akin Volinsky, balletomaan en schrijver van een werk over Da Vinci.

Als Bronia Nijinska en Olga samen ziek zijn, praten ze een weeklang op de ziekenzaal.

Voor de lentetoer door Amerika wil Sergei Diaghilev Olga contracteren in plaats van Tamara Karsavina en Grigoriev schrijft haar. Volinsky is anti-Diaghilev en Olga weigert. Grigoriev raadt Sergei aan om Xenia Makletzova uit Moskou aan te nemen.

Na de tour stuurt Diaghilev Nouvel naar Rusland toe en Olga stemt toe en belooft niemand, ook Volinsky niet, iets te zeggen. Margarita Frohmann wordt ook aangenomen. Lydia Lopokova is de eerste ballerina dus Olga danst niet veel. In Brooklyn mag ze Spectre dansen, verder Les Sylphides en La Princesse enchantee, alledrie met Vaslav Nijinsky.

Na Amerika gaat Olga terug naar Sint Petersburg. Het is vlak voor de revolutie. Karsavina gaat in 1918 naar Londen.

Giselle

In 1923 danst Olga Aurora in een productie van Feodor Lopoukhov, de broer van Lydia. Eind 1924 danst ze in Parijs, ze heeft les van Sergeyev en Egorova, en danst Giselle.

In september 1925 danst ze Les rencontres van Nijinska, maar ze vindt die korte balletten niet zo fijn. In 1926 danst ze La Peri van Dukas en Leo Staats, die zelf Iskander danst. In december komt ze weer terug bij Diaghilev. Door een blessure danst ze La Chatte niet in Parijs, in oktober 1927 is ze terug bij de Paris Opera. In het voorjaar van 1929 danst ze het Zwanenmeer bij Diaghilev. Deze laatste heeft contact met Kassian Goleizovsky, een mogelijke opvolger van Balanchine. Diaghilev sterft en Olga gaat met Balanchine naar Parijs. Deze maakt Les créatures de Promethee op Beethoven. Hij wordt echter ziek en moet naar Zwitserland voor complete rust. Serge Lifar maakt het ballet af. Ook van hem was Prelude Dominical, want Olga op de generale repetitie weigert te dansen omdat "ze niet bestaat" in dat ballet. Lifar wil de mannelijke rol (zichzelf dus) op de voorgrond plaatsen.

In april 1930 danst ze in Londen, Paysage Enfantin van Nijinska, een ballet van insecten en kleine vogels met Olga als vlinder.

Ze repeteren in Olga's Parijze studio. Ondertussen danst ze ook zes maanden voor het Colon Theater in Bueno Aires bij Fokine (die inmiddels een Amerikaan is geworden) met diens zoon Vitale en neef Leo. Les Sylphides en De Vuurvogel gaan goed met Keith Lester. Dit is in het voor jaar van 1931. Bij Carnaval wil Fokine dat Vitale Lester als Harlequin vervangt. Scheherazade volgt. Fokine weigert Apollon Musagetes, maar doet Spectre herleven. Vlak voor de première moet Olga echter terug naar Parijs om in een galavoorstelling voor de president te dansen.

Op 11 maart 1932 danst ze Giselle voor het laatst bij de Paris Opera en ze wil daar nooit meer dansen en ze weigert zelfs om Rouché te ontmoeten.

Dolin reist in 1932 uit Berlijn via Amsterdam naar Londen om Giselle met Olga te dansen met decors en kostuums van Dandré te dansen onder leiding van Sergeyev. Constant Lambert en Thomas Beecham zullen dirigeren. Na het optreden eten Olga en Dolin bij de Savoy Grill (soms met Keynes en Lydia Lopokhova) en praten dan nog uren in Dolin's studio in Chelsea.

Tijdens de laatste week zegt ze: "Anton, waarom trouw je niet met me? Ik zou een Engels paspoort moeten hebben. Nee nee, ballerina's moeten nooit trouwen."

Ze is nogal overstuur. Anton geeft haar warme melk met brandy en laat haar slapen.

Na Parijs neemt Olga Vincenco Ceilli aan, de eerste danser van het Scala ballet en de favoriete leerling van Cecchetti; en via hem ontmoet ze Leonard Braun, die steeds meer bij haar betrokken raakt.

Pavlova sterft in januari 1939. Na twee jaar richt Dandré het Ballet Russe Classique op en toert door Australië.

Fokine, in Parijs bezig met Ida Rubinstein, studeert een paar balletten in bij Dandre. Olga wordt aangenomen, ze zal met Vilzak dansen. Haar moeder gaat terug naar Rusland.

Het is augustus 1934. Australië reageert enthousiast, maar Olga is erg nerveus. Ze schrijft aan Larionov en Goncharova (*1) dat ze het erg druk heeft. Na twee weken loopt ze tijdens een repetitie weg en gaat ze naar het hotel. Ze is overstuur en klaagt over intriges en over spionnen. Tijdens haar laatste optreden is ze plotseling alles vergeten, het ballet en het publiek incluis. 's Nachts om vier uur valt ze bij Dandré binnen en ze zegt dat iemand haar wil wurgen. Olga verdwijnt en wordt lopende buiten de stad teruggevonden. Ze moet vele weken rusten voor ze terug kan naar Europa. Na een paar maanden formeert ze haar eigen gezelschap. Goncharova, Benois en Chervachidze maken de decors en de kostuums. In juni 1935 staat ze in de Opera Comique. Dan stopt ze met dansen. Er gaan geruchten dat ze met Boris Kniasev trouwt, maar hij is enkel een goede vriend. Pas in juli 1937 danst ze weer, in Buenos Aires. Dan stopt ze weer, ze zingt en speelt piano. Ze woont met Braun in Parijs en beweert soms dat iemand haar vergiftigt. Vlak voor de oorlog in 1939 gaan ze eerst naar Zwitserland en dan naar Amerika toe.

 Olga met Serge Lifar

De tombe.

Dolin ontmoet haar daar in oktober in New York bij toeval. Hij tekent bij het Ballet Theatre en mag Giselle produceren. Voor het eerst kan hij alle kleine veranderingen die hij met Diaghilev had besproken invoeren. Hij wil dat Olga danst, ze weigert doch wil hem wel met Albrecht helpen. In 1940 komt ze naar de repetities van Het zwanemeer toe en ze heeft veel kritiek. Ze zien elkaar geregeld en wandelen in het Central park. Met kerst 1940, op bezoek vanuit Chicago, bezoekt hij haar en praat ze weer over vergiftigen. Ze wil naar een oude hotelkamer maar deze is bezet. Vladimirov en Doubrovska, Vilzak en Scholler zijn ook in New York, maar ze wil hen niet zien. Een week later wordt de hulp van Dolin ingeroepen. Olga heet met Brown gevochten en een dokter en de politie gebeld. Ze is overstuur en wil niet naar rede luisteren zodat de dokter haar volgens de wet laat opnemen.

"Save me, Anton, I am not mad!"

Na vijf dagen observatie in het Bellevue ziekenhuis wordt ze overgebracht naar een privé sanatorium. In het najaar hoort Dolin dat ze overgebracht is naar het gekkenhuis in Poughkeepsie. Brown is enkele maanden terug plotseling aan een hartaanval gestorven. Dolin zoekt haar op. Ze zit met een dozijn andere mensen in een donkere kamer opgesloten. Ze rent weg als hij haar omhelst. Hij wil haar uit het sanatorium halen, maar dat kan enkel als hij een grote som geld op haar naam zet. Dat heeft hij niet. Hij wil zelfs met haar trouwen, maar dat mag niet van de wet. Er zijn ook vrienden in New York, maar die vinden de oorlog belangrijker. Hij schrijft aan Lifar en aan de Russische ambassade in Washington en aan de familie van Olga. Haar moeder is dood, maar haar broer en zusters willen wel voor Olga zorgen. Olga wil echter niet weg.

"I stay here. Here I am a queen."

In 1958 danst Dolin Bluebeard bij het ABT. Het gaat een stuk beter met Olga en ze vraagt naar Karsavina, "la plus grande artiste". Doubrovska komt vaak op bezoek. Olga lijkt nu alle ellende vergeten.

The awakening. Rome, juni 1962. Van Marina Svetlova hoort Dolin dat Olga genezen is. Soms logeert ze bij Felia Doubrovska en Dale Fern. Het wonder is door een nieuw medicijn gekomen. Dolin vond zichzelf geen goede katholiek maar hij had elke zondag een kaars voor haar gebrand. Pas in September heeft hij tijd om naar haar toe te gaan. Olga is na 22 jaar overgeplaatst naar het meer vrije Hudson River State Cottage. Een elegante Olga omhelst hem.

"Dolin, dear Dolin, come, it has been so long, too long!"

Hij moet alles vertellen, ze leest kranten en wil naar Rusland maar haar papieren zijn nog niet gekomen. Ze spreken voornamelijk Frans met elkaar, met enkele Russische woorden. Bellevue is een verschrikkelijke herinnering. Ze praten over ballet en over Vincenzo Celli.(*2) Hij gaat ook op bezoek.

De dokter leest de biografie van Dolin omdat hij meer over Olga wil weten. Ze weigert mensen te zien van het Bolshoi ballet, behalve Galina Ulanova, en ze schrijft brieven naar Veronidia en Lydia die Dolin meer naar Londen neemt. Daar praat hij met Grigoriev en zijn vrouw Tchernicheva, die daar wonen en voor het Royal Ballet en het Festival Ballet Petroesje, Scheherazade en Prins Igor produceren. Lifar, die in Rusland de zuster van Olga heeft bezocht, raadt het af dat Olga terug gaat. Geen goede omgeving en er is te veel veranderd in Rusland.

In januari 1963 besluit Dolin om het dansen voorlopig op te geven om Olga te helpen. Hij wil haar naar de Tolstoy boerderij brengen, die door Alexandra, de enige nog in leven zijnde dochter van Tolstoy, in 1939 is opgericht als rusthuis voor Russen. Olga wil er wel heen, mits ze een eigen kamer krijgt. Met zijn vriend William Skipper brengt hij haar erheen, in Nyack. Het ontslag gaat wat sneller in zijn werk omdat een dokter Dolin herkent. Het is 16 feb. Osorro rijdt en Marina Svetlova is de chaperonne. Na twee weken logeert ze bij Vladimirov en zijn vrouw en gaat ze naar de opera. Dolin zoekt uit wat er met Olga's bezittingen gebeurd is, ze wil deze echter niet terug. Het archief van de Paris Opera heeft veel van haar bezittingen. Ze schrijft een nieuw oefenboek voor Dolin.

Op het einde van het boek is ze 71 jaar. Ze schrijft veel boeken en vindt het Kirov ballet erg goed. "Tres elegants."

 

--------------------------------------------------------------------------

*1 Natalia Goncharova, Rusland 1881 - Parijs 1962

Huwde Michael Larionov.

Begon in 1915 ballet kostuums en decors te ontwerpen en woonde in Genève.

Verhuisde in 1921 naar Parijs en werkte voor Diaghilev, Massine en Stravinsky.

*2 Vincenzo Celli was danser en choreograaf bij het Scala in Milaan. Onder zijn leerlingen had hij Alicia Markova en Jerome Robbins.

Hij was in 1900 in Italië geboren maar emigreerde in 1904 naar Amerika. In Chicago zag hij, 14 jaar oud, Nijinsky dansen bij het Diaghilev gezelschap en was onder de indruk.

"Ik wist niet wat het was, maar het was geweldig!" zei hij ooit in een interview.

Adolf Bolm zag hem dansen in Salome van Oscar Wilde en gaf hem een rol in Le Coq d'Or.

Daarna vertrok Celli naar Italië, waar hij les nam van Cecchetti, de leraar van Nijinsky.

In 1926 maakte hij zijn debuut in het Scala in Petroesjka. In 1929 werd hij balletmeester daar. In 1941 ontvluchtte hij het fascisme en keerde terug naar Amerika, waar hij zijn eigen balletstudio opende. Onder zijn leerlingen zaten o.a. Anton Dolin, Royes Fernandez en Agnes de Mille.

 

Klik hier voor meer ballet